Description
In dit nummer maakt nY een aanzet om de legpuzzel van natiestaten van de grond af opnieuw te construeren. Korea-kenner Lucas Hüsgen laat ons kennismaken met het werk van Han Yong-un en de turbulente geschiedenis van de Koreaanse natie, met speciale aandacht voor de combinatie van nationalisme en boeddhisme in Han Yong-uns poëzie, waarvan Hüsgen een proeve vertaalt. Vincent W.J. van Gerven Oei bericht over de complexe Albanese taalpolitiek en de talige spanningen bij de vorming van een Albanees volksconcept. Ernst van den Hemel schrijft over de rol van godslastering bij natievorming aan de hand van het zogenoemde 'Ezelproces', destijds gevoerd tegen Gerard Reve vanwege zijn vermeende godslasterlijke beschrijving van een seksuele ontmoeting met God in de vorm van een ezel. In het poëtische essay 'Naturalisaties' (vert. Leen Van Den Broucke) verkent Éireann Lorsung wat het betekent om aan te komen in niet-inheemse streken. En in 'XERXES' (vert. Iannis Goerlandt) verbindt de Zwitserse Dorothee Elmiger de legendarische natievormende fundamenten met de geslotenheid van haar hedendaagse vaderland - haar compagnon de voyage is Julius von Bismarck, die voor striemend beeld zorgt.
Behalve voor de naties, die al te bekende plekken van de wereldkaart, is er in deze aflevering ook veel ruimte voor de non-plekken en het utopische streven, want die zijn onverminderd nodig. In zijn bespreking van 'The Communist Horizon' laat Bram Ieven zien hoe volgens Jodi Dean het communisme nog steeds het radicale buiten vormt van alle denkbare politiek in het Westen. Een concreter ingevuld communisme ontwaart Erwin Jans bij schrijfster en politica Henriette Roland Holst (1869-1952). Ook voor poëziekritiek is er ruimte. Ambigu toont zich Piet Gerbrandy tegenover de utopische klank in de late poëzie van Sybren Polet, die zich nochtans in zijn voorlaatste bundel had voorgesteld als 'vijfentachtigjarige debutant' en voor wie alle dichten gelijkstaat met dichten voor beginners.
Als een mogelijke belofte ligt de horizon in Koen Sels' tweede bijdrage als Gast zuidwaarts. Sels schetst hoe een groepje achttienjarigen hun zaterdag beleven in de stad waar ze geboren en getogen zijn. De vraag waar ze al snel tegenaan lopen is hoe zij hun identiteit willen manifesteren, hoe ze haar willen bevragen en telkens opnieuw willen vormen. Matthijs de Ridder vertaalt voor de lopende reeks oorlogsteksten de eerste twee delen van een het modernistische Eerste Wereldoorlog-epos 'Tussen haakjes' (1937) van David Jones. Volgens T.S. Eliot hoorde Jones thuis tussen groten als James Joyce en Ezra Pound, maar zijn evocatie van de oorlog was zo afwijkend, dat ze de geschiedenis inging als een weinig gelezen meesterwerk. Poëzie is er van Hélène Gelèns. In de reeks 'hoe bloot' krijgt het speelse en onvoorspelbare ineens een dreigende ondertoon.
Het onvoorspelbare contact tussen een uiteenspattende meteoriet en de brokstukken in Paul Delvauxs 'Nos vieux trams Bruxellois' vormen het begin van 'Alsof het magie is', waarin alles wat van waarde is metamorfoseert en materialiseert: beeldredacteur Robin Vanbesien eigent zich de westerse banken- en literatuurgeschiedenis toe en brengt ze in voortdurende relatie met 'een oneindig uitdijende kosmos' waarin de contexten steeds wisselen.
Tag This Book
This Book Has Been Tagged
Our Recommendation
Notify Me When The Price...
Log In to track this book on eReaderIQ.
Track These Authors
Log In to track David Jones on eReaderIQ.
Log In to track Dorothee Elmiger on eReaderIQ.
Log In to track Éireann Lorsung on eReaderIQ.
Log In to track Han Yong-un on eReaderIQ.
Log In to track Hélène Gelèns on eReaderIQ.
Log In to track Koen Sels on eReaderIQ.
Log In to track Lucas Hüsgen on eReaderIQ.
Log In to track Percy Bysshe Shelley on eReaderIQ.
Log In to track Robin Vanbesien on eReaderIQ.
Log In to track Vincent W.J. van Gerven Oei on eReaderIQ.